Schiet met een scherpschuttergeweer op een schietbaan:
-
Geweer doelwit schieten in lijn (vanaf een
-
Drukken, Revolver spannen
-
Ricochet, Machinegeweer schoten barsten
-
Schoten van twee machinegeweren op hun beurt
-
Klem, bout, Laad het pistool, trekker
-
Raakt een object,, Een kogel vliegt
-
Pistool neergeschoten
-
Gedempte pistoolschoten
-
Geweer doelwit schieten
-
Geweerbout
-
Bewegen met armen, Rennen
-
Vertrekpatronen bij het afvuren van een
★★★★★