De man is aan het pissen:
-
Kamperen, Voedsel kauwen, kraken
-
Aardappelchips kauwen en doorslikken
-
Een appel bijten, slikken, kauwen
-
Kauwt, De mens eet banaan, slikt
-
Bijten mais
-
Kauwen, kamperen
-
Eet met een vork, gooit een vork, champs
-
Knarsen en kauwen, Een pak chips scheuren
-
Hak noten
-
Gooi, ontvouw het, Neem snoep uit een vaas
-
Apple bijten, slikken,, kauwen, kamperen
-
Kamperen, Kauwen, vingers likken
★★★★★