De deur wordt geopend, vrijgegeven, dichtgeslagen:
-
De deur van de vriezer gaat open en sluit
-
Luiken openen, sluiten
-
De houten deur sluit met een kraakslot
-
De staldeur gaat open en sluit met een kraak
-
De grote deur gaat dicht
-
Op de deur kloppen
-
De deur in de sportschool gaat open en sluit
-
De houten deur van het compartiment gaat
-
Oude deurbel
-
De houten deur opent met een kraak
-
De deur, Houten deur en scharnieren kraken
-
Sluit de, Steek de sleutel in het slot, open
★★★★★