De auto beweegt, stopt, wacht:
-
Rij voorbij een plas (snel)
-
De auto Chevrolet Corvette start,
-
De auto nadert en rijdt meerdere keren weg
-
Kap opening
-
De auto verwacht te openen en de deur te
-
Zet de auto op de handrem
-
De auto start, rijdt snel weg
-
De vrachtwagen start, vertrekt snel
-
Sluiten van de deur van de gastank, Openen
-
Zet het slot op het stuur van de auto
-
Garagedeuren open, auto inchecken,
-
Wacht, De auto nadert, loopt vast
★★★★★