Rijden in een auto, richtingaanwijzer, stopt, is gedempt:
-
De auto nadert, rebaseert, blokkeert
-
Straatveger rijdt voorbij
-
Vertrekt door de modder, De auto start
-
Auto slippen in de sneeuw
-
Zet de autokachel uit, Schakel in
-
Oude autohoorn
-
Schakel in, doe het licht in de auto uit
-
De auto rijdt op sneeuwbrij
-
Gierende banden, Slippende
-
De vrachtwagen start, rijdt langzaam weg
-
Sluit het dashboardkastje van de auto, Open
-
Sluiten van de zijdeur van een, Openen
★★★★★